Fietsdoden steeds vaker 70-plussers, regelmatig na een val of verkeerde beweging

zorg

In 2021 stierven 119 mensen van boven de 70 jaar door een fietsongeval. Bij 51 slachtoffers was sprake van een eenzijdig ongeval.

Dodelijke fietsongelukken zijn steeds vaker eenzijdige ongevallen, vooral van 70-plussers. De oudere fietser komt dan niet door een botsing om het leven, maar door een val na onwel worden, een voet tussen de spaken, door een verkeerde stuurbeweging, door een slecht wegdek of door gladheid. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

Terwijl het aantal sterfgevallen onder automobilisten sinds 2000 een dalende trend toont, is het totaal aantal dodelijke fietsongevallen niet afgenomen. In 2021 waren er 207 fietsdoden. De opmars van de e-bike en een toename van het aantal gepensioneerde fietsers zijn hiervan de belangrijkste oorzaken. In 2021 stierven 119 70-plussers door een fietsongeval. In 51 gevallen was geen sprake van een botsing. Onder vijftigers en zestigers vielen er vorig jaar 51 fietsdoden, waarvan 17 na een eenzijdig ongeval. Het aantal dodelijke slachtoffers onder 70-plussers ligt ook hoger dan begin deze eeuw. In 2000 vielen er 80 fietsdoden in deze leeftijdscategorie.

Alles bij elkaar geteld vinden de meeste fietsdoden nog wel plaats na een botsing met een ander voertuig. Twee op de drie verongelukte fietsers kwam in 2021 om door een botsing met een ander voertuig of vast object: door een botsing met een andere fietser overleden 12 fietsers, 9 fietsers verongelukten toen zij tegen een paal, een boom, of ander vast object aanreden. In 2021 was 57 procent van de fietsdoden 70 jaar of ouder, in 2010 was dat 49 procent. Het grotere aantal oudere slachtoffers komt niet alleen door de vergrijzing: ook per 100 duizend inwoners is het aantal fietsdoden onder 70-plussers in 2021 hoger dan in 2010.

Bron

Deel dit bericht